De afgelopen maanden heeft onderzoeker Suzanna Tomor literatuuronderzoek verricht naar de totstandkoming van collectieve woningbouwprojecten. Welke aspecten komen in dat proces aan bod, en wat zijn mogelijke succes- en faalfactoren? Om in de termen van de theorie over de commons te blijven, spreken we hier ook wel over het proces van becommoning: alle activiteiten die bijdragen aan het oprichten en van de grond krijgen van urban commons-projecten.
Becommoning is letterlijk de wording van een “commons” of “commoning” gemeenschap. Het gaat dan om het traject dat betrokkenen moeten doorlopen voorafgaand aan de fysieke realisatie van een woongebouw en het ontstaan van de uiteindelijke leefgemeenschap ter plaatse. Deze route van becommoning kan de ontwikkeling van wooncollectieven bepalen, bijvoorbeeld of een project gerealiseerd wordt of juist stopgezet. Ook kunnen de acties en werkwijzen in deze inleidende fase doorwerken in de volgende stadia van de woon-coöperatie, zoals in het dagelijkse bestuur van de gedeelde hulpbronnen, alledaagse praktijken, economische haalbaarheid, de verhouding met de wijdere omgeving of de relaties onder gemeenschapsleden. Het bestuderen van het becommoning-proces kan factoren onthullen die de vordering van projecten verhinderen of stimuleren. Het kan ook laten zien hoe uitdagingen (niet) worden aangepakt, wat de behoeften van de gemeenschap zijn en welke externe actoren ondersteuning kunnen bieden (en hoe). Deze kennis kan des te meer nuttig zijn want gezamenlijke woonvormen worden algemeen beschouwd als microlaboratoria die nieuwe inzichten en lessen brengen voor het nastreven van dergelijke alternatieve maatschappelijke modellen.
Vanuit dat perspectief is Suzanna in de literatuur over gemeenschappelijke woonarrangementen gedoken. Tot nog toe hebben we daarin de volgende aspecten gevonden die een plaats moeten krijgen in het becommoning proces:
- Gemeenschap & waarden
- Waarden-articulatie: het is belangrijk dat de toekomstige bewoners een duidelijk beeld hebben van de waarden die bepalend zijn voor het ontwerp van de uiteindelijke woongemeenschap, en dat deze waarden goed zijn afgestemd op hun motivatie. In een gemeenschappelijke zoektocht van gemeenschap en ontwikkelaars moet worden vastgesteld wat de belangrijkste waarden voor het project zijn, en hoe die zich verhouden tot het framework van de commons: in hoeverre willen bewoners gezamenlijk resources delen en beheren en onder welke voorwaarden?
- Community-building. Gedurende het proces van becommoning vinden er activiteiten plaats waarin de bewoners elkaar al leren kennen, vertrouwen opbouwen, kennis uitwisselen en van daaruit ook met elkaar in discussie kunnen gaan over de waarden van de gemeenschap en de vertaling ervan naar het ontwerp van het gebouw, de regels, en de infrastructuur.
- Maken en ontwerpen – de vertaalslag van waarden naar een ontwerp
- Het fysieke gebouw, en de verhouding tussen bijvoorbeeld private en collectieve ruimtes
- De governance, het kiezen van de juiste rechtsvorm en de manier waarop de gemeenschap besluiten neemt en conflicten oplost, als ook een eerste versie van de regels voor het met elkaar samenwonen en beheren van de resources (inclusief eventuele beloningstructuur- of repercussies voor het niet naleven van de regels)
- Technologische infrastructuur: het ontwerp van digitale platforms en administratiesystemen waarmee gezamenlijke resources beheerd kunnen worden, al dan niet geautomatiseerd, ook weer voortbouwend op de onderliggende waardenpropositie van de gemeenschap
- Het definiëren van criteria voor lidmaatschap van de gemeenschap en de verhouding met/tot de bredere omgeving en de buurt. Op welke voorwaarden kunnen mensen toetreden tot de woongemeenschap, en hoe krijgt de relatie met de buurt vorm? Kunnen niet-bewoners ook gebruik maken van sommige van de gedeelde resources, of vinden er andere vormen van uitwisseling plaats?
- Faciliteren en contextualiseren: activiteiten die ertoe bijdragen dat het ontwerp ook daadwerkelijk uitgevoerd kan worden.
- Het opbouwen van een coalitie en allianties en kennis benodigd om het ontwerp te realiseren.
- Het ‘masseren’ van de context zodat het project past binnen bestaande regelgeving en kaders, waaronder het afstemmen of vertalen van projectdoelstelling met/naar beleidsmatige kaders, vormen van storytelling en lobbywerk waardoor het project erkend wordt als legitiem of passend.
- Financiering: het zoeken van (nieuwe) vormen waarmee collectieve bouwprocessen ook gefinancierd kunnen worden, binnen bestaande of nieuw te ontwerpen financiële kaders van banken, overheden en fondsen.
Deze bevindingen zullen wij graag verder toelichten en met jullie bespreken in onze volgende workshop in februari 2023. Herkennen jullie bovenstaande stappen? Missen we er nog enkele? Zijn er al specifieke tools of lessen bekend die in deze stappen tot succes kunnen leiden? We praten er graag over door!